Tag questions, die kleine vraagjes die we aan het einde van een zin plakken, kunnen best verwarrend zijn. Ze lijken zo simpel, maar toch… Soms twijfel je even. Is het nu ‘right?’ of ‘isn’t it?’ En wat als je het in een vraagvorm gebruikt? Wordt het dan ‘do you?’ of ‘don’t you?’ Geen zorgen! In dit artikel ga je alles leren over tag questions. We bekijken de basis, de regels en verschillende situaties waarin je ze gebruikt. Klaar voor een verkenningstocht door de wereld van tag questions? Laten we beginnen!
Wat zijn tag questions?
Stel je voor: je zit met een vriend(in) te kletsen. Je vertelt iets en wilt graag weten wat jouw vriend(in) ervan vindt. In plaats van direct te vragen “Wat vind je ervan?”, kun je een tag question gebruiken. Bijvoorbeeld: “Het was een mooie film, nietwaar?”. Zo geef je jouw mening en nodigt je je vriend(in) uit om te reageren. Een tag question is dus een klein vraagje dat we aan het einde van een zin plakken om bevestiging te krijgen of om een gesprek op gang te brengen. Ze zijn als kleine vliegensvangers die je gesprek wat dynamischer maken. Wil je meer weten over tag questions of heb je andere vragen over de Engelse taal? Zoek dan gerust hulp op Instructie.org.
De Wet arbeid vreemdelingen regelt de voorwaarden waaronder een vreemdeling in Nederland mag werken. De handhaving van deze wet is van groot belang om te zorgen voor eerlijke concurrentie op de arbeidsmarkt en om arbeidsuitbuiting tegen te gaan. Meer informatie over de wet en de handhaving daarvan kun je vinden op Instructie.org.
Hoe bouw je een tag question?
Tag questions volgen een simpel patroon. Ze bestaan uit twee delen:
Denk je dat de oorlog tussen Oekraïne en Rusland dit jaar zal eindigen?
- Het eerste deel: Dit is de zin waar je je mening of observatie in uitdrukt.
- Het tweede deel: Dit is de tag, het kleine vraagje dat je eraan toevoegt.
De tag bestaat uit:
- Een hulpwerkwoord: Dit werkwoord hangt af van de tijd van de zin. Is het bijvoorbeeld “He is happy”, dan gebruik je “is” in de tag.
- Een onderwerp: Dit is meestal een voornaamwoord dat verwijst naar de persoon in de zin. Bijvoorbeeld “he”, “she”, “it” of “you”.
- Een vraagteken: Dit is belangrijk, want het geeft aan dat het om een vraag gaat.
Laten we dit in de praktijk bekijken. Neem bijvoorbeeld de zin “It’s a beautiful day”. De tag question is “isn’t it?”. Dus de volledige zin wordt: “It’s a beautiful day, isn’t it?”.
Tag questions in verschillende situaties
Tag questions zijn flexibel en kunnen in verschillende situaties gebruikt worden. Laten we een paar scenario’s bekijken:
1. Bevestiging zoeken
Je gebruikt tag questions om te checken of je gesprekspartner het met je eens is. Bijvoorbeeld: “This cake is delicious, isn’t it?”. Je wilt hiermee bevestigen dat je de cake inderdaad lekker vindt.
VIDEO: Engels – Question tags deel 1 – korte vraagjes deel 1 – EngelsAcademie.nl
Belangrijke leesstof
Ontdek meer over Tag Questions Uitleg: Begrijp de Engelse Grammatica door deze uitgekozen links.
2. Een gesprek op gang brengen
Tag questions zijn perfecte gesprekstarters. Je vraagt in feite om een reactie van je gesprekspartner. Bijvoorbeeld: “It’s raining outside, isn’t it?”. Je wilt hiermee een gesprek starten over het weer.
3. Zekerheid uitdrukken
Tag questions kunnen gebruikt worden om je eigen zekerheid te benadrukken. Bijvoorbeeld: “He’s a talented artist, isn’t he?”. Je wilt hiermee duidelijk maken dat je ervan overtuigd bent dat hij een talent heeft.
De regels van de tag questions
Nu we de basis begrijpen, komen we bij de regels. Er zijn een paar belangrijke punten om in gedachten te houden:
1. Positieve zin – negatieve tag
Als de hoofdzin positief is, moet de tag negatief zijn. Bijvoorbeeld: “It’s a nice day, isn’t it?”.
2. Negatieve zin – positieve tag
Als de hoofdzin negatief is, moet de tag positief zijn. Bijvoorbeeld: “I don’t like coffee, do I?”.
3. Let op het hulpwerkwoord
Het hulpwerkwoord in de tag moet overeenkomen met het hulpwerkwoord in de hoofdzin. Bijvoorbeeld: “They are going to the party, aren’t they?”.
4. “I am” – “aren’t I”
Een uitzondering op de regel is “I am”. De tag wordt dan “aren’t I”. Bijvoorbeeld: “I am happy, aren’t I?”.
5. Let op imperatieven
Bij imperatieven, zinnen die een bevel geven, moet je de tag “will you” of “won’t you” gebruiken. Bijvoorbeeld: “Close the door, will you?”.
Veelgestelde vragen over tag questions
Heb je nog vragen over tag questions? Bekijk dan deze veelgestelde vragen:
1. Kan ik tag questions gebruiken in alle talen?
Nee, tag questions zijn niet in alle talen gebruikelijk. Ze komen voor in talen die gerelateerd zijn aan het Engels, zoals het Nederlands.
2. Zijn er andere manieren om bevestiging te zoeken?
Ja, je kunt ook andere manieren gebruiken om bevestiging te zoeken, zoals: “Ben je het met me eens?” of “Vind je dat ook?”.
3. Is het grammaticaal correct om een komma na de hoofdzin te gebruiken?
Ja, het is grammaticaal correct om een komma na de hoofdzin te gebruiken.
Tag questions zijn een leuk en handig hulpmiddel in je communicatie. Ze kunnen je helpen om een gesprek op gang te brengen, je mening te delen en je zekerheid te benadrukken. Nu je de basis en de regels kent, kun je met meer vertrouwen tag questions gebruiken in jouw gesprekken. Veel plezier ermee!